Psg 160 Trachythorax maculicollis
Verzorgingsfiche:
Land van oorsprong: Myanmar en Bangladesh.
Voedsel: oleander, salal, pyracantha. Ik gaf mijn kweek in de eerste stadia een mengeling van oleander en pyracantha, daarna heb ik ze samengezet met psg 46 Marmessoidea rosea en gaf ik ze een mengeling van salal en een beetje oleander. Nu zijn ze tussen l4 en volwassen en eten ze probleemloos enkel salal. Ik raad aan om ze zeker in de eerste stadia een mengeling van meerdere planten te geven. Bij andere kwekers accepteren ze bijvoorbeeld totaal geen salal, experimenteren is dus zeker de boodschap!
Temperatuur: Kamertemperatuur is voldoende voor deze soort.
Luchtvochtigheid: Om de 2-3 dagen sproeien volstaat.
Inrichting: Een terrarium van ongeveer 30*30*30 cm is groot genoeg voor enkele koppels van psg 160. Een rechtopstaande, grote faunabox volstaat dus ook.
Geslachtsbepaling: De mannetjes zijn eigenlijk de kleinere versies van de vrouwtjes. De vrouwen zijn ongeveer 8-8.5 cm lang en de mannen ongeveer 5 cm.
Kweken: De dieren kweken seksueel, de eitjes zijn klein, geel en hebben precies kleine haartjes. Ze worden in groepjes aan de planten of op de wanden van het terrarium geplakt. Deze eitjes komen na 1-1.5 maanden uit, houd ze wat vochtig. Je kan ze apart leggen, maar het beste is om ze in het terrarium te laten hangen.
Leeftijd (nimf): De nimfjes zijn na ongeveer 6 maanden volwassen op kamertemperatuur.
Speciaal gedrag: Bij verstoring laten de dieren zich vallen. De volwassen mannen en vrouwen kunnen ook perfect wegvliegen. Ook zullen ze hun hoofd plooien om hun rode nek te laten zien.
Speciale (uiterlijke) kenmerken: De dieren zijn bruin/ grijs met een rood nekje in het nimfenstadium. Eens ze volwassen zijn zijn ze donkerder en hebben ze mooie grijze vleugels. Deze zijn aan de basis geel van kleur. Ook hebben de dieren een rode nek.
Moeilijkheid: 2-3 ( goede beginnerssoort, enkel wat moeilijk voor het eten)
(1= Héél gemakkelijk, 10=Enkel voor gevorderden.)
© Wietse Chanet.
Voedsel: oleander, salal, pyracantha. Ik gaf mijn kweek in de eerste stadia een mengeling van oleander en pyracantha, daarna heb ik ze samengezet met psg 46 Marmessoidea rosea en gaf ik ze een mengeling van salal en een beetje oleander. Nu zijn ze tussen l4 en volwassen en eten ze probleemloos enkel salal. Ik raad aan om ze zeker in de eerste stadia een mengeling van meerdere planten te geven. Bij andere kwekers accepteren ze bijvoorbeeld totaal geen salal, experimenteren is dus zeker de boodschap!
Temperatuur: Kamertemperatuur is voldoende voor deze soort.
Luchtvochtigheid: Om de 2-3 dagen sproeien volstaat.
Inrichting: Een terrarium van ongeveer 30*30*30 cm is groot genoeg voor enkele koppels van psg 160. Een rechtopstaande, grote faunabox volstaat dus ook.
Geslachtsbepaling: De mannetjes zijn eigenlijk de kleinere versies van de vrouwtjes. De vrouwen zijn ongeveer 8-8.5 cm lang en de mannen ongeveer 5 cm.
Kweken: De dieren kweken seksueel, de eitjes zijn klein, geel en hebben precies kleine haartjes. Ze worden in groepjes aan de planten of op de wanden van het terrarium geplakt. Deze eitjes komen na 1-1.5 maanden uit, houd ze wat vochtig. Je kan ze apart leggen, maar het beste is om ze in het terrarium te laten hangen.
Leeftijd (nimf): De nimfjes zijn na ongeveer 6 maanden volwassen op kamertemperatuur.
Speciaal gedrag: Bij verstoring laten de dieren zich vallen. De volwassen mannen en vrouwen kunnen ook perfect wegvliegen. Ook zullen ze hun hoofd plooien om hun rode nek te laten zien.
Speciale (uiterlijke) kenmerken: De dieren zijn bruin/ grijs met een rood nekje in het nimfenstadium. Eens ze volwassen zijn zijn ze donkerder en hebben ze mooie grijze vleugels. Deze zijn aan de basis geel van kleur. Ook hebben de dieren een rode nek.
Moeilijkheid: 2-3 ( goede beginnerssoort, enkel wat moeilijk voor het eten)
(1= Héél gemakkelijk, 10=Enkel voor gevorderden.)
© Wietse Chanet.