Psg 55 Ramulus nematodes
Verzorgingsfiche:
Land van oorsprong: Maleisië
Voedsel: Braam, framboos, roos, eik,...
Temperatuur: Kamertemperatuur is perfect voor deze soort.
Luchtvochtigheid: Voor de nimfen is een iets hogere luchtvochtigheid aan te raden, om de 2 dagen goed sproeien zou genoeg moeten zijn. De volwassen dieren hebben sowieso een groter terrarium nodig, met genoeg ventilatie. Ze hebben op zich weinig extra vocht nodig, maar de vochtigheid moet wel hoger liggen tijdens hun, door hun grootte, moeilijke vervellingen.
Inrichting: Een bak van minstens 60 cm hoog is aangeraden, met een breedte en diepte van 40 cm. De lengte van de dieren en zeker de lange, dunne poten maken de vervellingen moeilijker. Deze poten kunnen ze ook snel verliezen. Houdt de inrichting van de bak karig, met veel eten bovenaan de bak. Zo zullen de dieren altijd hoog zitten, en is hun locatie om te vervellen al goed. Ook zullen ze dan minder vast geraken tussen het voedsel. Ik probeer altijd maximum 3-4 koppels te houden, om hun eigen veiligheid te garanderen. Dit is natuurlijk een richtwaarde en kan veranderen naargelang de omstandigheden.
Geslachtsbepaling: de mannetjes zijn zo mogelijk nog dunner en fragieler dan de vrouwtjes. Ze worden ongeveer 10 cm lang als je de poten niet mee rekent. Hun poten zijn zwart en in de meeste kweken is hun lichaam blauw. Vroeger kwam ook een rode mannelijke variant voor, maar deze heb ik zelf nooit in kweek geweten. De vrouwtjes zijn groen of bruin, met 2 hoorntjes op hun kop. Poten niet meegerekend worden ze ongeveer 15 cm groot.
Kweken: Ik heb deze soort altijd met beide geslachten samen gehouden, dus gebeurde de voortplanting seksueel. Of ze ook parthenogenetisch kunnen voortplanten, heb ik nog niet geprobeerd.
Incubatieperiode: na ongeveer 4-5 maanden komen de eitjes uit. Houd er zeker niet teveel bij, het uitkomstpercentage licht zeer hoog.
Tijd tot volwassenheid: De nimfen zijn redelijk snel volwassen, na ongeveer 3 maanden.
Kweeksnelheid: Bijna alle eitjes van deze soort komen uit en bijna alle nimfen worden volwassen. En dit op ongeveer 3/4e jaar (als de eitjes snel uitkomen). Het is dus een zeer productieve soort.
Speciaal gedrag: Overdag houden ze zich stil en strekken ze hun voorpoten, zodat ze helemaal opgaan in het gebladerte. Tegen de avond beginnen ze te eten en door de bak te wandelen. Ze zijn niet makkelijk te hanteren, ze laten zich snel vallen of werpen een poot af. Over de handen laten lopen is niet zo handig voor deze soort, hangen aan een arm is iets praktischer.
Speciale (uiterlijke) kenmerken: De vrouwtjes hebben hoorntjes op hun hoofd. De mannetjes kunnen ook in een rode variant voorkomen.
Voor meer foto's: https://www.facebook.com/pg/wandelendetakkenwicky/photos/?tab=album&album_id=616914341660798
Moeilijkheid: 2
(1= Héél gemakkelijk, 10=Enkel voor gevorderden.)
© Made by Wietse Chanet.
Voedsel: Braam, framboos, roos, eik,...
Temperatuur: Kamertemperatuur is perfect voor deze soort.
Luchtvochtigheid: Voor de nimfen is een iets hogere luchtvochtigheid aan te raden, om de 2 dagen goed sproeien zou genoeg moeten zijn. De volwassen dieren hebben sowieso een groter terrarium nodig, met genoeg ventilatie. Ze hebben op zich weinig extra vocht nodig, maar de vochtigheid moet wel hoger liggen tijdens hun, door hun grootte, moeilijke vervellingen.
Inrichting: Een bak van minstens 60 cm hoog is aangeraden, met een breedte en diepte van 40 cm. De lengte van de dieren en zeker de lange, dunne poten maken de vervellingen moeilijker. Deze poten kunnen ze ook snel verliezen. Houdt de inrichting van de bak karig, met veel eten bovenaan de bak. Zo zullen de dieren altijd hoog zitten, en is hun locatie om te vervellen al goed. Ook zullen ze dan minder vast geraken tussen het voedsel. Ik probeer altijd maximum 3-4 koppels te houden, om hun eigen veiligheid te garanderen. Dit is natuurlijk een richtwaarde en kan veranderen naargelang de omstandigheden.
Geslachtsbepaling: de mannetjes zijn zo mogelijk nog dunner en fragieler dan de vrouwtjes. Ze worden ongeveer 10 cm lang als je de poten niet mee rekent. Hun poten zijn zwart en in de meeste kweken is hun lichaam blauw. Vroeger kwam ook een rode mannelijke variant voor, maar deze heb ik zelf nooit in kweek geweten. De vrouwtjes zijn groen of bruin, met 2 hoorntjes op hun kop. Poten niet meegerekend worden ze ongeveer 15 cm groot.
Kweken: Ik heb deze soort altijd met beide geslachten samen gehouden, dus gebeurde de voortplanting seksueel. Of ze ook parthenogenetisch kunnen voortplanten, heb ik nog niet geprobeerd.
Incubatieperiode: na ongeveer 4-5 maanden komen de eitjes uit. Houd er zeker niet teveel bij, het uitkomstpercentage licht zeer hoog.
Tijd tot volwassenheid: De nimfen zijn redelijk snel volwassen, na ongeveer 3 maanden.
Kweeksnelheid: Bijna alle eitjes van deze soort komen uit en bijna alle nimfen worden volwassen. En dit op ongeveer 3/4e jaar (als de eitjes snel uitkomen). Het is dus een zeer productieve soort.
Speciaal gedrag: Overdag houden ze zich stil en strekken ze hun voorpoten, zodat ze helemaal opgaan in het gebladerte. Tegen de avond beginnen ze te eten en door de bak te wandelen. Ze zijn niet makkelijk te hanteren, ze laten zich snel vallen of werpen een poot af. Over de handen laten lopen is niet zo handig voor deze soort, hangen aan een arm is iets praktischer.
Speciale (uiterlijke) kenmerken: De vrouwtjes hebben hoorntjes op hun hoofd. De mannetjes kunnen ook in een rode variant voorkomen.
Voor meer foto's: https://www.facebook.com/pg/wandelendetakkenwicky/photos/?tab=album&album_id=616914341660798
Moeilijkheid: 2
(1= Héél gemakkelijk, 10=Enkel voor gevorderden.)
© Made by Wietse Chanet.